Werk hard, geniet hard. Zorg dat uw werk loont.
In de keuze voor een vennootschap speelt het verschil in tarieven tussen de personenbelasting en de vennootschapsbelasting ongetwijfeld een rol.
Zo’n 60 procent van uw beroepsinkomen dreigt te verdwijnen in de staatskas via belastingen en sociale bijdragen. Krijgen uw inkomsten een zekere omvang en groeit het besef dat zo’n groot deel hiervan naar de overheid vloeit, dan worden de mogelijkheden van een vennootschap steeds aantrekkelijker.
De vennootschapsbelasting is de voorbije jaren aanzienlijk gedaald naar een tarief van respectievelijk 25% en 20% (I.e. KMO-tarief, indien voldaan aan bepaalde voorwaarden). In de personenbelasting geldt het hoogste tarief van 50% reeds vanaf een belastbaar inkomen van EUR 48.320 (Inkomstenjaar 2023). Bovendien betaalt u hierop nog gemeentebelasting en sociale bijdragen.
We mogen evenwel geen appels met peren vergelijken. De winsten na vennootschapsbelasting behoren uiteraard wel nog steeds toe aan de vennootschap en dienen nog overgeheveld te worden naar uw privévermogen.
Naast de lagere tarieven biedt een vennootschap de mogelijkheid om een deel van uw toekomstig pensioenkapitaal op een fiscaalvriendelijke manier op te bouwen. De vennootschap kan ervoor zorgen dat uw carrière op het einde van de rit nog jarenlang blijft renderen.’
De juiste timing
Van zodra u als zelfstandige een bepaalde inkomstengrens overschrijdt, kan het interessant worden om een vennootschap op te richten. Een vennootschap laat toe om uw inkomsten fiscaal voordeliger te beheren.
Zet uw kapitaal aan het werk, ook binnen de vennootschap. Hebt u reserves binnen de vennootschap, kies dan voor een belegging op maat: roerend of onroerend. Of kies voor een combinatie. Enkel zo gaat u voor een optimaal rendement. Hoe pakt u dit aan? Lees onze tips.
Er bestaan verschillende manieren om het vermogen dat in uw vennootschap zit, over te dragen naar uw privé. We zetten de mogelijkheden graag even op een rij.